Carte Blanche: Waar blijft de revolutie die VR ons beloofde?

Al een aantal jaar wordt Virtual Reality genoemd als the next big thing in de wereld van IT, en misschien zelfs in ons dagelijks leven. Toch lijkt het vooral beperkt te blijven tot ritjes in de achtbaan en met je telefoon in een kartonnen doosje kijken naar een eenvoudige wereld. Waarom blijven de baanbrekende toepassingen uit? Een kleine beschouwing…

Geschiedenis
Laten we beginnen met een kleine geschiedenisles. De eerste fundamenten voor Virtual Reality werden gelegd in 1838 toen wetenschapper Charles Wheatston ontdekte dat de menselijke hersenen 3D beelden vormen door de input van je twee ogen te combineren tot een beeld. Ruim 100 jaar later volgde de eerste grootschalige toepassing toen William Gruber de ViewMaster bedacht. In deze bril plaats je een schijf met dia’s en wanneer je je ogen voor de 2 aparte lenzen plaatst, neem je een kijkje in deze virtuele wereld. In deze toepassing waren de afbeeldingen nog statisch, waardoor je niet echt kunt spreken van rondkijken.
Een aantal jaren was het stil in de wereld van VR, maar in de jaren 60, 70 en 80 kreeg het vakgebied een nieuwe impuls. Door de sterk groeiende capaciteiten van computers ontstond het idee dat de virtuele wereld beter vorm gegeven kon worden. Statische beelden gingen bewegen en de positie van de kijker werd steeds belangrijker bij het perspectief (motion detecting). De technologie van toen stelt weinig voor in vergelijking met moderne VR-toepassingen, maar ze speelden een belangrijke rol in de totstandkoming van de huidige mogelijkheden.

Huidige toepassingen
De toepassingen van VR lijken zich momenteel te beperken tot de game-industrie en trainingsdoeleinden. In de game-industrie wordt gepoogd de techniek in een zo compact mogelijk vorm naar de huiskamers te brengen. De beleving staat bij de moderne spellen centraal. Waar men vroeger vol enthousiasme zijn tijd en energie kwijt kon aan Pacman, Tetris of een eenvoudig tennisspel, hebben we tegenwoordig behoefte aan een levensechte omgeving. Realistische personages, nauwkeurig samengestelde geluidseffecten en een wereld waarin je zelf kan rondlopen.
De tweede toepassing, trainingsdoeleinden, heeft weinig aandacht voor het compact maken van de technologie. Piloten in opleiding krijgen training in Flight Simulators, militairen oefenen gevechtssituaties en ikzelf heb ooit autorijles gehad in een simulator. Ik kan me nog goed herinneren dat de auto realistische schokken gaf als ik weer eens iets fout deed. Deze toepassing heeft ook een vertaalslag gemaakt in de vrijetijdssector. In de meeste pretparken vind je wel een simulator en ook op schiphol kun je zelf beleven wat die piloten in de vliegtuigen nou eigenlijk ervaren. Vanaf 2010 gingen grote bedrijven als Google en Facebook investeren in Virtual Reality en ontstond er een nieuwe hype rondom het vakgebied. Het zou de next big thing worden, maar waar blijft die revolutie?

De toekomst van VR
De techniek is er, nu komt het aan op de ideeën van creatievelingen. Die laat vooralsnog wat te wensen over. In de wereld van Augmented Reality (combinatie VR en realiteit) worden grote stappen gezet. Wie struikelde er afgelopen zomer niet over alle Pokemons die om ons heen verstopt zaten? En als je zelf niet meedeed, struikelde je wel over de mensen die het wel speelden. Maar waarom de combinatie met realiteit? Durven we de wereld om ons heen niet los te laten? Zijn we bang om compleet opnieuw te beginnen? Met VR zijn de mogelijkheden eindeloos. De techniek geeft ons carte blanche, maar waarom doen we er niets mee?